De slagaders in de benen vervoeren zuurstofrijk bloed vanuit het hart naar de beenspieren en -cellen. Zodra iemand zich inspant door bijvoorbeeld te (trap)lopen of rennen, kan de gevraagde bloedtoevoer en daarmee het aanbod van zuurstof aan de beenspieren soms wel vijf keer zo groot worden. Iemand met claudicatio intermittens, ook wel ‘etalagebenen’ genoemd, kan bij inspanning pijnlijke benen krijgen doordat de bloedtoevoer naar de benen is verhinderd. Hierdoor kan het lichaam niet voldoen aan de gevraagde hoeveelheid zuurstof in de benen, waardoor pijn in de benen wordt gevoeld.
De reden dat de bloedtoevoer in de benen is verhinderd, komt door vernauwde slagaders. Aderverkalking kan deze vernauwingen of verstoppingen in de slagaders veroorzaken waardoor de bloedtoevoer naar de beenspieren en -cellen onvoldoende kan toenemen bij inspanning. Er ontstaat een zuurstoftekort in de benen waardoor de voornaamste klacht van claudicatio intermittens wordt veroorzaakt: pijn in de benen.
Symptomen claudicatio intermittens
Pijn bij het lopen is het voornaamste symptoom van etalagebenen. De plaats van de pijn zegt iets over de plaats van de vernauwde slagader. Veel mensen met claudicatio intermittens voelen zich bovendien minder energiek, slapen vaak slechter en zijn soms meer emotioneel. Deze aandoening kan dan ook een impact hebben op de kwaliteit van leven. Bijvoorbeeld kan iemand zich beperkt voelen in de dagelijkse activiteiten vanwege het feit dat bij geringe inspanning al pijnlijke benen kunnen ontstaan.
Andere symptomen van etalagebenen kunnen zijn: haarverlies op voeten en tenen, dikkere teennagels met veelal ook een schimmelinfectie, vertraagde nagelgroei, koude voeten en/of een bleek been vanwege een slechtere doorbloeding van het been.
Behandeling claudicatio intermittens
Een goede behandeling van claudicatio intermittens begint bij uzelf. U kunt bijvoorbeeld stoppen met roken, zorgen voor voldoende lichaamsbeweging en/of zorgen voor een gezond gewicht. Daarnaast is een gezonde verzorging van de voeten belangrijk om te voorkomen dat de verminderde bloedtoevoer resulteert in zweren of wondjes op de voeten. Deze voetverzorging is met name belangrijk bij diabetes patiënten omdat zij een verhoogd risico hebben op het ontwikkelen van een diabetische voet.
Looptraining maakt vrijwel altijd onderdeel uit van de behandeling van etalagebenen. De arts zal waarschijnlijk ook risico analyse maken om te beoordelen of u een sterk verhoogd risico hebt op het krijgen van andere hart- en vaatziekten. Zulke risicofactoren zijn bijvoorbeeld roken, erfelijke belasting, te hoge bloeddruk, te hoog cholesterol en/of diabetes mellitus. Bij sommige patiënten is een meer uitgebreide behandeling in het ziekenhuis nodig, waarbij de patiënt moet worden gedotterd, een bypass operatie moet ondergaan of een endarteriëctomie. Raadpleeg uw arts voor het behandeladvies dat het beste past bij uw situatie.