Wat is nierfalen of nierinsufficiëntie?
Nierfalen wordt ook wel nierinsufficiëntie genoemd. Er is sprake van nierfalen of nierinsufficiëntie wanneer de nieren niet meer optimaal hun werk doen. We onderscheiden acuut nierfalen en chronisch nierfalen. Van acuut nierfalen is sprake wanneer de nieren plotseling hun taken niet meer of onvoldoende uitvoeren. Worden de nieren langzaam slechter, dan spreken we van chronisch nierfalen. De klachten komen pas na verloop van tijd, omdat de functies van de aangetaste nier grotendeels worden overgenomen door de delen die nog niet zijn aangetast. Nierfalen kan verscheidene oorzaken hebben.
Nierfalen: oorzaak
De oorzaken van nierfalen kunnen voor de acute vorm en de chronische vorm verschillen. Daarom behandelen we ze apart.
Mogelijke oorzaken acuut nierfalen:
Mogelijke oorzaken chronisch nierfalen:
Nierfalen: symptomen
Wanneer de nieren geen of onvoldoende vocht kunnen afvoeren, schakelen zij over op een verminderde productie van urine. Het lichaamsvocht hoopt zich dan elders in het lichaam op. Dit uit zich dan in gezwollen gewrichten of een opgezet gezicht. Ook kan de verminderde afvoer zorgen voor een verhoogde bloeddruk. Omdat de afvalstoffen onvoldoende uit het lichaam worden afgevoerd, kunt u last krijgen van trillende spieren en jeuk. Ook kan de aanwezigheid van afvalstoffen leiden tot braakneigingen en misselijkheid. Dit komt doordat de afvalstoffen zich in het lichaam ophopen.
Symptomen die voornamelijk bij chronisch nierfalen voorkomen zijn vermoeidheid en kortademigheid. Ook kunnen ogenschijnlijk onschuldige ongemakken, zoals een bruine verkleuring van de ‘nagelmaantjes’, trillende spieren, dorst, een ruwe tong, blauwe plekken, gezwollen enkels, veel (of juist weinig) urineren, geestelijke verwarring, hartstoornissen, een droge / ruwe tong, een slechte adem, jeuk of vermoeidheid, wijzen op nierfalen. Hebt u bovenstaande klachten, dan is het raadzaam om een arts te raadplegen voor een passend advies.
Nierfalen: behandeling
Bij acuut nierfalen kan de oorzaak vaak snel worden achterhaald en afdoende worden behandeld. Is bijvoorbeeld de verstopping verholpen of de ontsteking behandeld, dan herstellen de nieren zich meestal vrij snel. Soms is gedurende een korte periode nog wel dialyse nodig. Ligt de oorzaak in een auto-immuunziekte, dan is de behandeling complexer.
Chronisch nierfalen is ongeneeslijk, nierweefsel kan zich niet meer herstellen nadat het langdurig beschadigd is. De behandeling richt zich daarom op het voorkomen van verdere beschadigingen. Om de nierfuncties zo veel en zo lang mogelijk te behouden, kunnen bepaalde geneesmiddelen worden voorgeschreven of leefstijladvies en dieetadvies worden gegeven. Heeft dit geen effect, dan kan het zijn dat dialyse of een niertransplantatie uiteindelijk noodzakelijk is.