De lever is één van de meest belangrijke organen in het menselijk lichaam. Na de huid is de lever met een gewicht van maar liefst anderhalve kilo het meest zware orgaan. Meer dan een kwart van de totale hoeveelheid bloed dat het hart door het lichaam pompt, passeert de lever. Vanwege het zeer dichte bloedvatnetwerk in de lever is dit orgaan vrij donker en roodbruin van kleur. De lever wordt beschermd door de onderste ribben van de borstkas en ligt aan de rechterzijde van de buikholte, vlak onder het duodenum.

Anatomie van de lever

De meest herkenbare delen van de lever zijn de grote rechter leverkwab en de kleinere linker leverkwab. Verder bestaat de lever uit vele kleine kwabjes. De rechter- en linkerkwab worden aan de voorkant van de lever gescheiden door het sikkelvormige ligament (‘ligamentum falciforme’). De twee bloedvaten die bloed richting de lever aanvoeren zijn de poortader en de leverslagader. Het bloed verlaat de lever weer via de leverader (vena hepatica), die uitstroomt in de onderste holle ader (vena cava inferior).

Aangezien het produceren van gal één van de functies van de lever is, is er een netwerk van galwegen tussen de levercellen verwerkt. De galwegen bevinden zich deels in de lever (intrahepatisch) en deels buiten de lever (extrahepatisch). Direct onder de lever ligt de galblaas. Het geproduceerde gal wordt door de galbuis (ductus hepaticus) vanuit de lever afgevoerd naar de galblaas.

Anatomie lever

Functies van de lever

De lever heeft diverse essentiële functies binnen de spijsvertering. Enkele van de meest belangrijke lever functies zijn:

  • Eiwitstofwisseling en -productie, zoals de productie van albumine, globuline en fibrinogeen uit de aangevoerde aminozuren. Tevens worden aminozuren opgeslagen in de lever of omgezet in glucose en vetten.
  • Glucose balans: een belangrijke functie van de lever is om de glucosewaarden op het juiste peil te houden.
  • Vetstofwisseling, waarbij vetten worden omgezet in glucose of worden opgenomen in het lichaamsvet.
  • Ontgifting: de lever kan de werking van bepaalde schadelijke stoffen ongedaan maken en/of zorgen dat deze stoffen worden uitgescheiden via gal or urine. Een bekend voorbeeld is alcohol.
  • Stapeling: de lever stapelt stoffen zoals aminozuren, vetten, vitaminen, ijzer en glycogeen.
  • Productie van gal: de lever produceert continu gal. Dit gal wordt opgeslagen in de galblaas.
  • Productie van cholesterol, dit cholesterol wordt deels afgegeven aan het bloed en deels omgezet tot galzouten.
  • Productie van stoffen t.b.v. de bloedstolling: zogenaamde ‘stollingsfactoren’ zoals protrombine.
  • Productie van warmte: in de lever vinden veel reacties plaats waar warmte bij vrijkomt. Doordat zo’n 25% van het totale bloedvolume de lever passeert, wordt deze warmte via de bloedcirculatie over de rest van het lichaam verdeeld.
  • Reservoirfunctie, zoals de opslag van aminozuren
  • Leverwaarden

    Soms moet de leverfunctie worden onderzocht. Hiervoor gebruikt met bloedonderzoek om aan de hand van de leverwaarden te bepalen of er sprake is van een leverafwijking. De leverwaarden hebben allemaal te maken met bepaalde processen die in de lever plaatsvinden. Het kan hierbij gaan om bijvoorbeeld onderstaande leverwaarden. Door op de link te klikken kunt u verder lezen over elk van deze waarden.

  • ALAT
  • ASAT
  • Albumine
  • Bilirubine
  • Alkalische fosfatase (en γGT)
  • Stollingstijd of protrombine tijd (PTT)
  • Share Button